Taalverwerving

1.3.1 Taalverwerving

Omschrijving

Het verwerven van spraak en het verwerven van inzicht in het hanteren van grammaticale en communicatieve regels. Bij taalverwerving onderscheiden we de spraakontwikkeling en de taalontwikkeling.

Toelichting

In de praktijk worden de begrippen taalverwerving en taalontwikkeling door elkaar gebruikt.
In het taalontwikkelingsproces leren kinderen de regels voor de taalinhoud (semantisch aspect), de taalvorm (fonologie, morfologie en syntaxis) en het taalgebruik (pragmatiek).
De ontwikkeling van de moedertaal wordt gedeeltelijk gestuurd vanuit de rijping van het centrale zenuwstelsel. Denk daarbij aan ‘minimumspreeknormen’ die bij logopedie worden gehanteerd.
Daarnaast zorgt taalinput van buitenaf voor prikkeling van hersencellen, waardoor de taal zich in de eerste zes jaren op de hersenschors vastlegt in een mentale atlas. Die bestaat uit het vermogen tot geluidswaarneming, het vermogen tot klankvorming, het vermogen tot woordbegrip, het vermogen tot zinsbegrip en het vermogen tot zinsproductie.
Er bestaan verschillende theorieën over hoe kinderen taal verwerven. Een algemeen geaccepteerde benadering is dat kinderen niet simpelweg imiteren, maar creatieve bouwers zijn en beschikken over een taalleermechanisme. De ‘interactionele benadering’ voegt daar nog aan toe dat het taalaanbod van en de interactie met moedertaalsprekers een grote rol speelt bij het leren van een taal.

Zie ook

Taalontwikkelingsfasen; taalontwikkelende interactievaardigheden; tweedetaalverwerving.