Leerlijnen spelling

9.2.11 Leerlijnen spelling

Omschrijving

De lijn waarin, door de leerjaren heen, de verschillende leerstofonderdelen van spelling aan de orde komen.

Toelichting

Taalmethoden
Elke spellingmethode hanteert een eigen specifieke leerlijn. In grote trekken komen die leerlijnen wel overeen op de volgende punten:
- eerst klankzuivere woorden, daarna niet-klankzuivere;
- eerst eenlettergrepige woorden, daarna meerlettergrepige;
- eerst woorden met één spellingregel, daarna woorden met meer regels;
- eerst frequente woorden, daarna minder frequente woorden.

Een voorbeeld van een leerstoflijn in de methode Woordbouw Nieuw:
- klankzuivere, eenlettergrepige woorden;
- tweetekenklanken en bijzondere klankgroepen;
- lastige eenlettergrepige woorden;
- eenlettergrepige woorden met tekenafspraken;
- klankzuivere en bijna klankzuivere samengestelde woorden;
- niet-klankzuivere eenlettergrepige en samengestelde woorden;
- tweelettergrepige en eenvoudige drielettergrepige woorden;
- regelmatige meerlettergrepige woorden op het gehoor;
- de persoonsvorm;
- niet te beredeneren woorden.

SLO, Tussendoelen en Leerlijnen (www.tule.nl)
De SLO formuleert op basis van de kerndoelen voor het spellingonderwijs aan bijvoorbeeld de groepen 3 en 4 de volgende tussendoelen:
- spelling van klankzuivere woorden op basis van de elementaire spellinghandeling;
- spelling van woorden met specifieke spellingpatronen, zoals woorden eindigend op –nk, -uw, -eeuw, -ieuw, -aai, -ooi, -oei;
- spelling van clusters van medeklinkers (bijvoorbeeld schr-, -rnst, -cht);
- spelling van woorden met homofonen (ei-ij, au-ou, c-k, g-ch);
- spelling van woorden met de stomme e;
- spelling van woorden met open en gesloten lettergrepen;
- eenvoudige interpunctie: gebruik hoofdletters, punt, vraagteken en uitroepteken;
- onderkennen en corrigeren van spelling en –interpunctiefouten.

Expertisecentrum Nederlands
Het Expertisecentrum Nederlands hanteert tussendoelen en leerlijnen gevorderde geletterdheid voor groep 4 tot en met 8 (Aarnoutse & Verhoeven 2003). De leerlijn Spelling voor de middenbouw formuleert de volgende tussendoelen:
- Kinderen zijn in staat klankzuivere woorden correct te spellen.
- Ze kennen de spelling van woorden met homofonen (ei-ij, au-ou, g-ch).
- Ze passen de gelijkvormigheidsregel toe (hond-honden; kast-kastje).
- Ze passen de analogieregel toe (hij zoekt, hij vindt).
- Ze kunnen eenvoudige interpunctie begrijpen en toepassen: gebruik hoofdletters, punt, vraagteken en uitroepteken.
- Ze kunnen hun spelling- en interpunctiefouten onderkennen en corrigeren.

Zie ook

Criteria leerstofordening spelling; spellingcategorieën; klankzuivere woorden.