Toelichting | De schrijver brengt de inhoud (gedachten, meningen, gevoelens over het onderwerp) onder woorden in de vorm van zinnen en een tekst. Hij kiest woorden, bouwt met die woorden hele zinnen, voegt zinnen samen tot alinea’s en ten slotte tot een complete tekst. Bij het formuleren maakt de schrijver gebruik van conventies van geschreven taal, zoals de regels voor spelling en interpunctie. |